‘Het gaat goed met me, omdat ik ontdekt heb dat je emotie management kunt toepassen op jezelf. Niet zozeer door de emoties in te dammen, maar vooral door te snappen waar die emoties vandaan komen en op welk moment. Vervolgens heb ik geleerd om daarmee om te gaan. Het betekent dat ik evenwichtiger ben dan wanneer ik me alleen laat leiden door mijn emoties. Door mijn denken tussen mijn emoties te plaatsen hervind ik mijn balans. Door dit steeds weer te herhalen voel ik mij het prettigst. Het heeft ook te maken met hoe ik naar de wereld kijk. Ik zie veel, ben een waarnemer en moet voortdurend keuzes maken. Wat vind ik wel belangrijk en wat niet? Ik plaats elke waarneming in een ruimtelijke context. Uiteindelijk gaat het erom al je ervaringen de ruimte te geven. Omdat ik alles wat ik waarneem even belangrijk vind, kijkt de chaos voortdurend om de hoek. Daarom ben ik er al jong mee begonnen om structuur aan te brengen in mijn hoofd, om zo mijn eigen wereld met de buitenwereld te laten communiceren.

In de loop van mijn leven is me dat steeds beter gaan lukken en is het me dan ook steeds beter gegaan. Het gaat ook goed met me omdat ik steeds beter die dingen ben gaan doen die bij mijn karakter passen. Ook geniet ik heel veel van mijn rijpheid in elke fase van mijn leven. Als kind kreeg ik niet de ruimte om te dansen en om volledig vrij te zijn. Dat heeft er voor gezorgd dat ik steeds weer op zoek ging naar ruimte en vrijheid. Nu op mijn zeventigste heb ik het gevoel die vrijheid volledig te hebben gevonden. Veel keuzes heb ik gemaakt vanuit een vrijheidsdrang. Er vindt voort- durend een confrontatie plaats tussen mijn innerlijke denken en de uiterlijke druk over hoe ik moet denken en me moet voelen. Hoe beter ik hiermee omga en in balans blijf, hoe gelukkiger ik ben.’