Het antwoord van Marcus op de vraag waarom het goed gaat met hem:
‘Ik ben nog geen driehonderd meter van het strand in Kijkduin geboren. Toen er teveel kinderen kwamen en we niet meer in de flat pasten, zijn we verhuisd naar een huis in Bloemendaal. Mijn vader bleef werken in Den Haag.
Het gaat niet altijd goed in mijn leven, maar ik blijf er wel altijd positief bij. Ik kan me wel ellendig gaanvoelen bij dingen die je zelf niet kan veranderen, maar je kan er natuurlijk wel om blijven lachen. Dat is net hoe je instelling is, denk ik. Maar het gaat wel steeds beter. Als ik weet wat er fout gaat, kan ik daar nu eerder rekening mee houden en het veranderen. In het afgelopen jaar ben ik daar achter gekomen, hoe het steeds mis ging de afgelopen 20 jaar. Daar word je niet vrolijk van. Ik heb overigens helemaal geen klagen, als ik dat vergelijk met andere mensen, heb ik een heerlijk leven. Er zijn veel negatieve dingen in mijn leven, maar ook een hoop positieve dingen en daardoor blijft het in balans. Ik kan als het moet negatieve dingen ombuigen in positieve dingen. Daar ben ik erg goed in trouwens, maar dat moet ook wel. Het slaat niet zo door dat ik daar depressief van word. Dat is natuurlijk belangrijk! Ik word ‘s ochtends wakker en dan denk ik wat zal ik nu eens gaan doen. Ik ben meestal blij en heb geen ochtendhumeur. Soms ga ik lopen of stap op de fiets en dan zie ik wel. Meestal heb ik niets, maar op het eind van de dag komt het dan allemaal weer goed. Als je thuis blijft zitten gebeurt er natuurlijk niets. Tja, dan moet je toch de deur uit. Ja, ik lach vaak om dingen. Ik ben een soort nar. Ik zou geloof ik het liefste hofnar willen worden. Dat lijkt me een fantastisch beroep. Beetje de draak steken met alles en iedereen, zonder dat daar iemand over kan vallen. Ik maak ook lichtobjecten en licht is heel belangrijk voor je geestelijk welzijn. Led verlichting en TL verlichting zijn niet goed. Mensen gaan dat misschien nog ontdekken. Nee, ik zweer bij de peer. Maar die is nu verboden. Ik hou heel erg van gekleurd licht. Het meeste licht dat mensen in huis hebben is wit of gelig, bijna niemand heeft gekleurd licht.’