‘Als ik wil dat het goed gaat in mijn leven, moet ik soms de dingen die om mij heen gebeuren relativeren of me ervoor afsluiten. Als het lukt om dan bij mezelf te komen en te blijven, dan ervaar ik dat als kracht. Die kracht is belangrijk omdat het soms voelt alsof de buitenwereld je constant uit je balans probeert te duwen. Omdat ik mezelf elke keer weer terug vind heb ik er vertrouwen in dat het goed zal blijven gaan in mijn leven. Ook als er iets naars gebeurt lukt het om weer op dat rustpunt te komen, om te ontdekken dat ik er zelf nog steeds ben. Ik weet dat ik op mezelf kan vertrouwen. Daar ben ik heel dankbaar voor.
Ik merk dat in beweging zijn hierbij een belangrijke rol speelt. Ik ben blij dat ik de bokssport heb ontdekt, het past goed bij me. Bij het boksen vraag ik me nooit af wat ik aan het doen ben, of het wel goed is. Dat gebeurt wel op andere vlakken in mijn leven. Boksen is voor mij een soort meditatie. Er is een focus voor nodig, al het andere heeft even geen invloed op de situatie. Door die focus word ik rustig, en als ik rustig ben kan ik er Tara beter voor anderen zijn. Het werkt dus ook door in de rest van mijn leven. In beweging vind ik de balans en kan ik verder.’